Graag nemen we u mee in de ontwikkelingen van de vergunningsaanvraag van het nieuwe Winningsplan van de Nedmag waarover we u ook al eerder hebben bericht.
Tijdens de afgelopen raadsvergadering van 31 augustus is de door de gemeente Veendam in te dienen zienswijze op het betreffende Winningsplan compleet gemaakt met een aantal toevoegingen op de eerdere voorlopige zienswijze zoals die in de raadsvergadering van maandag 29 juni is aan de orde is geweest. Hoewel de zienswijze, compleet met aanvullingen, niet unaniem wordt gedragen is de conclusie gerechtvaardigd dat er een brede raadsmeerderheid zich in deze formulering kan vinden.
Hetzelfde geldt voor onze fractie; hoewel niet unaniem, is er binnen onze fractie ook een breed gedragen instemming met de uiteindelijke geformuleerde zienswijze. Vooral de door het SodM geformuleerde technische onderbouwingen van plannen, zoals deze zijn verwoord in het Winningsplan, zijn voor de fractie van GemeenteBelangen van groot belang geweest in haar standpuntbepaling.
Samenvattend is er binnen onze fractie nadrukkelijk bij meerderheid uitgesproken dat onder strikte voorwaarden Nedmag door kan gaan met ontwikkeling van een nieuwe winningslokatie en dat de huidige winningslokatie zo snel als mogelijk wordt afgebouwd voor zover dit technisch mogelijk is. (Uiterlijk 2027) Onze fractie maakt zich zeker zorgen over de ontstane situatie verband houdende met de calamiteit in april 2018, waarbij in een zgn. cavernedak een scheur is ontstaan waardoor er een grote hoeveelheid pekel vermengd met diesel in de ondergrond is verdwenen. De gevolgen van deze lekkage zijn tot op dit moment onduidelijk.
Onder strikte voorwaarden verstaan we in dit geval een constante monitoring van zowel de bodemdaling enerzijds als ook de ontwikkelingen die ondergronds plaatsvinden. We kunnen ons vinden in het advies van het SodM welke hierover is gepubliceerd, waarbij gesteld wordt dat door aanpassingen binnen de winnigstechniek het evt. ontstaan van een tweede calamiteit zeer onwaarschijnlijk is.
Van meet af aan heeft onze fractie gehamerd om de zogenaamde omgekeerde bewijslast te hanteren in geval van schade aan gebouwen en opstallen van de bewoners in het winningsgebied. We maken ons zorgen om de eerder gemelde schades in het zoutwinningsgebied die na onderzoek door de Nedmag categorisch worden afgeleid van een eventuele verantwoordelijkheid. Derhalve hebben we aangedrongen op het instellen van een onafhankelijk schadefonds welke voorafgaande aan een eventuele vergunningverlening gerealiseerd zou moeten zijn. Dit om evt. schadeafhandeling voor onze bewoners een stuk gemakkelijker te maken. Een schadefonds waarbij de schade centraal staat en niet de vraag welke mijnbouwactiviteit ten grondslag ligt aan de eventueel ontstane schade.
We beseffen ons terdege dat de inbreng van een zienswijze niet hetzelfde karakter heeft als de inbreng vanuit een eventuele beslissingsbevoegdheid. Mat andere woorden, het is zeer de vraag of de genoemde adviezen in de zienswijze zullen worden opgevolgd door het ministerie van EZK. Op dit moment is de minister aan zet om een definitief besluit te nemen op het voorgenomen Winningsplan welke wij in het najaar tegemoet zullen kunnen zien.