Hierbij willen we aan u duidelijk maken welke voor onze fractie de meest belangrijke overwegingen zijn geweest om tegen de voorgestelde herindelingsplannen van Stadskanaal-Pekela en Veendam te stemmen in de raadsvergadering van dinsdag 28 februari 2017.

1.

Er is geen enkele wetenschappelijke onderbouwing van de te behalen voordelen van een herindeling gepubliceerd. Er is in de beschouwingen inzake de voorliggende herindelingsplannen in de provincie Groningen geen enkele referentie gemaakt met de voorlaatste herindeling van 1990 in onze provincie. Tot op heden blijft het onduidelijk wat deze herindeling ons heeft gebracht. Wel is er wetenschappelijk onderzoek verricht door de heren Allers en Geertsema in 2014 waaruit blijkt dat herindelen in het geheel niet de financiële voordelen zal bieden zoals vaak wordt gedacht.

 

2.

De huidige herindelingsplannen vinden hun oorsprong in een bezuinigingstaakstelling van de landelijke overheid, waarbij duidelijk is aangegeven dat het streven gericht is om te komen tot nieuwe gemeenten met inwonersaantallen zo rond de 100.000 . Dat de taken die recent en in de toekomst vanuit de landelijke overheid naar de gemeenten zijn  en worden overgeheveld het rechtvaardigen om maar vooral op te schalen op gemeentelijk niveau naar grotere eenheden lijkt een strategisch-logische redenatie. Het is echter aannemelijker dat hier sprake is van gerichte bangmakerij richting de huidige gemeentebesturen, want nader onderzoek leert dat het aantal samenwerkingsverbanden die in het verleden zijn ontstaan in het geheel niet zullen verminderen na de voorgestelde herindeling. M.a.w. herindelen naar een grotere gemeente is per saldo niet te rechtvaardigen vanuit dit perspectief.

 

3.

De commissie Jansen heeft op verzoek in het recente verleden een tweetal rapportages het levenslicht doen verschijnen inzake de mogelijkheden te komen tot een “logische” herindeling van de gemeenten binnen onze provinciegrens. De voorkeur van de gemeenteraad van Veendam om in eerste instantie de mogelijkheid te gaan bekijken om evt. te gaan herindelen in de richting van Menterwolde en Hoogezand werd in  Jansens “Grenzeloos Gunnen 1” beschreven met onderbouwingen die deze stap zouden kunnen rechtvaardigen. Het eerste rapport stuitte echter op veel bezwaren bij de gemeenten in onze provincie, waaronder Hoogezand, Menterwolde en Slochteren. Hun voorkeur lag duidelijk niet richting een fusie met Veendam. En zo moest er een nieuw voorstel komen; deze kwam er in de vorm van “Grenzeloos Gunnen 2”. Veel verbazing tot gevolg hebbende werd in deze tweede rapportage een bijna gelijkluidende rechtvaardiging gegeven van een fusie tussen Veendam met Pekela en Stadskanaal, zoals die ook werd gebruikt met het eerdere voorstel in “Grenzeloos Gunnen 1” t.o.v. een fusie met Hoogezand, Menterwolde en Slochteren. Kennelijk moet er een herindeling komen waarbij het hoe en het wat van ondergeschikt belang is. 

 

 

4.

Het adviesrapport van “Berenschot” spreekt van de wenselijkheid te komen tot meer “bestuurlijke slagkracht”, zulks te realiseren met een herindeling zoals voorgesteld. Wat is eigenlijk bestuurlijke slagkracht? De definitie hiervan beschrijft het volgende: “een grote mate van zekerheid te komen tot het realiseren en ten uitvoer brengen van bestuurlijke beslissingen”. Is het hebben van een grotere gemeente een garantie voor het hebben van meer bestuurlijke slagkracht? Het is antwoord is meer een “wellicht”, dan dat er met zekerheid gezegd kan worden van een volmondig: “ja”. Derhalve is dit geen duidelijk  argument voor of tegen.

 

5.

Is het wenselijk om te komen tot een voorgestelde herindeling van de PSV gemeenten wetende dat er vanuit Veendam van nature uit altijd verbindingen in de ruimste zin van het woord zijn geweest met de stad Groningen, terwijl Stadskanaal deze verbinding niet, of bijna niet kent,  en veel meer op de regio richting Emmen is gericht. Ook is er tussen Veendam en Stadskanaal nu en in het verleden geen sprake van een natuurlijke verbinding  geweest.

 

6.

Herindelen betekent volgens Berenschot dat de kwaliteit van de ambtelijke organisatie in het algemeen zal gaan toenemen. Het is echter sterk te betwijfelen of dit ook het geval zal zijn. Los van het feit dat de constatering alleen al een beladen inhoud heeft t.o.v. de bestaande kwalitatieve  invulling van ambtelijke taken, kan een herindeling niet zomaar zonder slag of stoot leiden tot een kwalitatieve opwaardering.  Immers, de huidige ambtelijke medewerkers hebben rechten opgebouwd die altijd juridisch te respecteren zijn. Het in het vooruitzicht gestelde bedrag van 10.000.000 euro aan frictiekosten voor deze herindeling is daartoe vast en zeker ontoereikend. Verder is het nog maar de vraag of bestuurlijke zwaargewichten elders uit den lande  oprechte belangstelling zullen tonen voor een dienstverband in Oost Groningen .

 

7.

De huidige gemeente Veendam heeft het afgelopen decennium met een vooruitziende blik ingespeeld op het hebben en houden van een gezonde financiële begroting. Al de maatregelen die verschillende colleges in de afgelopen jaren gestalte hebben gegeven dragen er toe bij dat de huidige situatie van de begroting zeer stabiel is. Hierin is te constateren dat de overige twee gemeenten duidelijk achterblijven met hun ambities om te komen tot structurele ombuigingen. Het is jammer dat de rapportage van Berenschot hierin onduidelijk blijft, maar wel aangeeft dat er in alle drie de gemeenten sprake is van een voldoende draagkrachtige situatie (overigens door van Berenschot onvoldoende onderbouwd), die herindelen niet hoeft te belemmeren.

8.

Nu herindelen met Pekela en Stadskanaal betekent voor Veendam dat de eerder voor de hand liggende fusie met gemeenten in noordwestelijke richting voor altijd een illusie zal blijven.  Derhalve is het gerechtvaardigd om nu niet in te stemmen met de voorliggende herindelingsplannen.

 

9.

In de rapportage “Grenzeloos Gunnen 1” van de commissie Jansen wordt o.a. herindelen gerechtvaardigd gelet de taakverzwaring die de komende jaren de gemeenten ten deel zal gaan vallen o.a. als gevolg van de transities in de zorg, de jeugdwet en de participatiewetgeving. Inmiddels is de transitie in de zorg grotendeels een feit. Samenwerkend met andere Groninger gemeenten kunnen we inmiddels melden dat de gemeente Veendam deze uitrol van nieuwe wetgeving tot dusver in praktische zin goed vorm heeft kunnen geven, waarmee de eerder genoemde argumentatie derhalve niet steekhoudend is als argument voor herindelen.